×
×

Perspectief voor deelnemers Netwerk Praktijkbedrijven

Vanuit de directie Strategie, Kennis en Innovatie van het ministerie van LNV is Leo Oprel vanaf het begin actief betrokken bij Netwerk Praktijkbedrijven. Het Netwerk is onderdeel van het totaalprogramma Integraal Aanpakken met ook onderzoek naar gras(kuil), dier en maatregeleffecten voor het reduceren van methaan en ammoniak. Deze zomer gaat hij met pensioen. Wat ziet hij als perspectief voor de Netwerk-deelnemers? Wat wil hij meegeven aan zijn opvolger? Ook gevoelige snaren schuwt hij niet in dit interview. Volgens Leo is er zeker toekomst voor een duurzame melkveehouderij in Nederland, maar dat vraagt aanpassingen. De lijn die Netwerk Praktijkbedrijven heeft ingezet met voer- en managementmaatregelen is de goede weg.

Als Netwerk Praktijkbedrijven zetten we in op voer- en managementmaatregelen. Is dit de juiste weg?

Met het Netwerk zijn we goed bezig. We zijn op de goede weg voor grote stappen die ook voor de ondernemer verdienpotentieel hebben. Juist bij het management liggen de goedkope en effectieve maatregelen. Je moet altijd bij de bron beginnen en niet bij de techniek. Techniek is een hulpmiddel. Net als bij de trias energetica (eerst besparen, de rest duurzaam invullen en het overgebleven deel voorlopig nog invullen met optimaal gebruik van fossiele energie) volgen we met het Netwerk ook zo’n soort trias, alleen dan op basis van het gezonde (boeren)verstand. Met nieuwe kennis en inzichten uit het (praktijk)onderzoek – dat ook onder Integraal aanpakken valt - wordt dat gezonde verstand gevoed.

Wat zie je als perspectief voor onze deelnemers?

In het Netwerk werken we aan de integrale aanpak van zowel methaan als ammoniak. En dat met maatregelen die passen bij de boer in de omgang met de mogelijkheden en beperkingen die de natuur biedt. Dus we zoeken naar oplossingen waar de boer, het dier, het voer (incl. graslandmanagement) en stalmaatregelen centraal staan en het de natuur kan helpen, overigens dus ook andersom. Daarbij ligt de focus op optimalisatie in plaats van maximalisatie, want dat is de basis voor een duurzame productie en het verdienpotentieel. Door het streven naar maximalisatie zijn we (en dat geldt voor de hele samenleving) doorgeschoten met alle gevolgen voor het milieu en voor het inkomen van de boeren. De laatste kg melk kost meer dan dat hij opbrengt. Er is toekomst voor een duurzame melkveehouderij in Nederland, maar dat vraagt aanpassingen. Die aanpassingen gaan we vinden door samen te werken. Samen kom je immers verder. Dat is de laatste tientallen jaren vergeten waardoor de tegenstellingen nu zo groot zijn geworden. Netwerk Praktijkbedrijven draagt hier in positieve zin actief aan bij. Dat is het perspectief dat ik zie voor de deelnemers.

Het stikstofdossier ligt nu prominent op tafel. Binnen het programma Integraal Aanpakken en Netwerk Praktijkbedrijven volgen we de integrale aanpak. Niet alleen stikstof, ook klimaat. Waarom is integraal aanpakken zo belangrijk?

De aandacht ligt nu wel heel zwaar op stikstof met de gedachte dat andere opgaven zoals de klimaatopgave (methaan) wel meeliften, maar dat is niet zo. De methaanproblematiek is anders en lastiger en komt niet goed door alleen ammoniak centraal te stellen. We moeten dus de blik op de duurzame toekomst houden en aan beide opgaven tegelijk werken. Met praktische en werkbare oplossingen voor de boer om na de stikstofcrisis een volgende crisis (de klimaatopgave) voor de melkveehouderij te voorkomen. We willen immers dat ook toekomstige generaties boeren duurzaam in de brede zin van het woord kunnen boeren.

Welke gevoelige snaren wil je nog voor het voetlicht brengen?

Dat zijn er meerdere. De overheid lijkt soms te vergeten dat je voor een effectief beleid juist naast de ondernemer moet staan. Ambtenaren moeten dus kennis hebben van de processen die op het bedrijf spelen. Dat heb je nodig voor het goede gesprek met de boer, sector en voor het goede beleid. De politiek zelf mist veelal inhoudelijke kennis en schiet makkelijk in oplossingen zonder het probleem goed te kennen. Dat leidt tot politieke ‘oplossingen’ die problemen jammer genoeg juist kunnen vergroten of veroorzaken in plaats van oplossen.

Kennis is ook van belang om het onderzoek (de overheid is immers grootfinancier van onderzoek) in de goede richting te sturen. De sturing van onderzoek kun je niet altijd aan het onderzoek (en ook niet aan het bedrijfsleven) zelf overlaten. Als overheden zoeken we immers nieuwe kennis en inzichten waar de boer zelf aan bijgedragen heeft, waar hij wat mee kan en die tot reducties leiden. Het onderzoek mist soms de context dat het gaat om integrale oplossingen voor de boer en niet om een kleine verbetering van de bestaande kennis(stukjes) of behoud van verouderde kennis. Het gaat om grensverleggende nieuwe kennis die moet leiden tot werkbare maatregelen. Praktijkonderzoek zoals binnen Netwerk Praktijkbedrijven gebeurt, past daar bijvoorbeeld mooi bij.

De sector zelf kan meer doen op het gebied van optimalisatie. En kijken naar waarom in al die verschillende projecten zo weinig van elkaar wordt geleerd. De variatie in emissies in de praktijk is heel groot. Er is daarmee dus perspectief voor verbetering, perspectief om milieugevolgen te voorkomen. Boeren werken daar nu al aan. De sector zou zich meer moeten verenigen dan de belangen laten versplinteren.

Dus gevoelige snaren genoeg, voor allemaal is er een ongemakkelijke waarheid die tot de huidige situatie geleid heeft. Dat is zomaar nog niet opgelost. Vertrouwen komt te paard en gaat te voet. Daarom is samenwerking van beleid, onderzoek en adviseurs en boeren, zoals we dat in Netwerk Praktijkbedrijven en Integraal Aanpakken doen, zo belangrijk. De mens moet centraal staan. Dat is de enige route naar een duurzame sector met toekomst. Laat de huidige wrijving de glans brengen die we zoeken.

Je gaat binnenkort met pensioen. Wat wil je meegeven aan je opvolger bij LNV?

Ik ga met pensioen met gemengde gevoelens als zorg, ergernis, trots en vertrouwen. Met ruim 40 dienstjaren verliest LNV een niet-doorsnee ambtenaar. Aan mijn opvolger geef ik mee dat het erf van de boer en het erf van de minister echt wel te verbinden zijn met uitkomsten die voor beiden werkbaar en acceptabel zijn. Het verdiepen in de problematiek is belangrijk voor het (pittige) gesprek met boeren, onderzoekers en andere betrokkenen in de sector waarbij, nogmaals, juist die wrijving ons kan brengen naar de glans waar we naar zoeken. Met elkaar zoeken naar de oplossing, met respect en ieder vanuit de eigen rol en verantwoordelijkheid. We moeten de (soms ongemakkelijke) waarheid niet schuwen, want we komen er alleen door te (willen) veranderen. Verandering is van alle tijden en hoort bij het leven.

Lees verder