×
×

Methaan

Waarom methaanemissie verlagen?

Methaan is een broeikasgas. Uitstoot van methaan draagt daarom bij aan klimaatsverandering. In het klimaatakkoord streeft de melkveehouderij naar een klimaatverantwoorde zuivelsector en een energieneutrale veehouderij in 2030. Hiertoe moeten maatregelen op het gebied van ‘dier en voeding’, en ‘mestopslag en bemesting’ de methaanuitstoot in 2030 met 0,8 Mton CO2-equivalenten verminderen. CO2-equivalenten is een eenheid waarin de mate waarin een broeikasgas bijdraagt aan het broeikaseffect is ingewogen. Op die manier kunnen de drie broeikasgassen methaan, CO2 en lachgas bij elkaar worden opgeteld. Eén kg CO2-equivalent staat gelijk aan het effect dat de uitstoot van 1 kilogram CO2 heeft op het klimaat. Per kg dragen methaan en lachgas méér bij aan het broeikaseffect dan CO2; de uitstoot van 1 kg methaan en 1 kg lachgas staat gelijk aan respectievelijk 24 en 298 kg CO2-equivalenten. In het klimaatakkoord staan maatregelen voor de vermindering van zowel de uitstoot van methaan, CO2 als lachgas. In het project Netwerk Praktijkbedrijven leggen we echter primair de focus op methaan omdat we vooral de methaanemissie uit de koe- en de stal willen reduceren. Conform het regeerakkoord zoeken we naar maatregelen die zoveel mogelijk gekoppeld zijn aan een breder palet aan duurzaamheidsdoelstellingen, zoals kringlooplandbouw, stikstofreductie, dierenwelzijn en omgevingskwaliteit. Dit betekent: integraal aanpakken met behoud van een goede sociaaleconomische positie van de melkveehouder.

Hoe en waar ontstaat methaan?

Methaan ontstaat tijdens het verteren van voer in de pens en de dikke darm, en tijdens het verteren van organische stof in mest. Methaanproductie vindt alleen plaats onder anaerobe (zuurstofloze) omstandigheden. Tijdens fermentatie van voedsel zetten micro-organismen eiwitten en koolhydraten om in energie, waterstof en koolstofdioxide. De koe heeft de energie nodig voor onderhoud en melkproductie, maar een overmaat aan waterstof remt het metabolisme, waardoor het fermentatieproces, en daarmee de productie van energie, zou worden geremd. Gelukkig is er een beschermingsmechanisme: waterstof reageert in de pens en de dikke darm met koolstofdioxide waardoor methaan ontstaat en de koe de overmaat aan waterstof kwijt raakt. De koe rispt of scheidt de methaan uit. In de mest vindt eenzelfde proces van methaanvorming plaats. Voercomponenten die in de pens al zijn gefermenteerd (worden in de mest niet nogmaals gefermenteerd. Dit betekent ook dat organische stof dat onverteerd in de mest komt, weliswaar niet tot pensmethaan heeft geleid, maar mogelijk wel leidt tot methaanproductie in de mest.

Methaan

Documentatie Methaan

In Nederland komt 66% van de methaanemissie uit de veehouderij. Binnen de veehouderij is 77% van de uitstoot van methaan afkomstig uit de melkvee- en rundveehouderij. In de melkveehouderij liggen dus grote kansen voor het aanpakken van de broeikasgassen bij het reduceren van de methaanuitstoot.

Magazine 'Methaan uit mest'

Hoe ontstaat methaan uit mest? En hoe kun je de methaanvorming in mest en daarmee de emissie ervan beïnvloeden? Dat (en meer) lees je in het online magazine ‘Methaan uit mest’. Het magazine behandelt de werkingsprincipes en mogelijk oplossingen om methaanemissie uit mest te verlagen (of juist te benutten).